Thuiscomposteren
Er bestaan verschillende systemen om te composteren, zoals een compostbak en een compostvat. Afhankelijk van de grootte van je tuin en van je aanbod van gft-afval, kan je het juiste systeem kiezen.
Compostbak
- Ideaal voor mensen met veel tuinafval.
- Plaats je bak op een luchtige en (half)beschaduwde plaats, dit voorkomt uitdroging.
- Werk met 2 of 3 bakken.
- In één bak verzamel je al het organische keuken- en tuinafval. Daarna breng je regelmatig het (halfverteerde) materiaal in de volgende bak. Zo meng je dit en breng je er lucht in. De bodemdiertjes doen de rest.
Compostvat
- Ideaal als je voornamelijk keukenafval hebt.
- Je plaatst het compostvat op een zonnige plaats op tegels. Hierdoor voorkom je dat de bodemplaat in de grond zakt en/of scheurt.
- De geperforeerde bodemplaat zorgt voor de natuurlijke luchtstroming langs de onderkant. Start daarom met een laag structuurmateriaal: houtsnippers, fijne takjes…
- Met de bijgeleverde beluchtingsstok kan je het materiaal ook langs de bovenkant verluchten.
Tips om goede compost te maken
- Start in het voorjaar of in de zomer
Een compostbak of –vat opstarten of vullen bij vriesweer zorgt ervoor dat het composteringsproces moeilijk op gang komt. Hetzelfde geldt voor een compostbak bij hevige regen. - Gebruik zo veel mogelijk vers materiaal
Keuken- en tuinafval wordt best zo vers mogelijk op de compostbak of in het compostvat aangevoerd. Meng het met het reeds aanwezige materiaal om uitdroging te vermijden. - Voeg niet te grof materiaal toe
Om afbraakorganismen voldoende toegang te geven tot het afval, mag het niet te grof zijn. Daarom knip je de stengels van bijvoorbeeld bloemen of andere planten en lange twijgjes best in korte stukjes. Een hakselaar is in de handel te koop of kan je huren. Ook op het recyclagepark wordt vaak snoeihout versnipperd. - Meng goed
De micro-organismen (bacteriën, schimmels...) en kleine beestjes (wormen, pissebedden, duizendpoten, springstaartjes.. .) die voor de afbraak zorgen, hebben voedsel, water en lucht nodig. Goed composteren betekent dan ook vooral goed mengen. Droog of stug afval (stro, kleine takjes...) meng je best met water- en voedselrijk materiaal (gemaaid gras, keukenafval). Het droge afval zorgt dan voor de luchtcirculatie en het natte afval voor het water en het voedsel. Zo kunnen de bacteriën en schimmels het best hun gang gaan. Heb je enkel nat keukenafval en gras, voeg dan houtsnippers toe. - Let op voor grote hoeveelheden
Voeg nooit te grote hoeveelheden van hetzelfde materiaal in één keer toe. Grote hoeveelheden gras of bladeren kan je gerust in je tuin uitstrooien tussen struiken en bomen. Deze vormen immers een ideale mulchlaag (deklaag), die de groei van onkruid tegenhoudt. - Hou je compostbak of compostvat in het oog
Door het intens afbraakproces stijgt de temperatuur in de compost en gaan de afbraakorganismen nog sneller werken. Bij temperaturen boven de 50°C kunnen deze organismen zelfs onkruidzaden en ziektekiemen vernietigen. De bak wordt zo als het ware gepasteuriseerd. Door de stijging van de temperatuur verdampt ook het overtollige vocht. Let er dus op dat je compostbak niet te nat wordt en hierdoor aan temperatuur verliest. Nat materiaal toevoegen is dus uit den boze. - Belucht de compost
Het proces van de compostering wordt sterk bevorderd door de compost te beluchten. Bij een compostbak zet je het materiaal om met een riek. In een compostvat kan je met een beluchtingsstok werken.